Iedereen kent plaatsen waar een lager snelheidsregime is ingesteld dan
wat de weginrichting en omgeving suggereren. De toegelaten snelheid wordt
er als traag ervaren en stemt niet overeen met het comfort en zekerheidsgevoel
van de weggebruiker. Ook het omgekeerde bestaat: in landelijk gebied komt
het voor dat een bochtige smalle weg waar 90km/u mag, uitkomt op een kaarsrechte
bredere weg waar slechts 70 km/u of zelfs 50km/u is opgelegd.
De foto's geven alleszins aan dat de weg niet is aangepast aan het ingestelde
snelheidsregime. Wekt het dan verbazing dat sommige snelheidsverlagende
maatregelen de weggebruiker de indruk geven dat zij berusten op willekeur?
Bovendien lijkt het tegenwoordig 'in' om het verkeer vooral
te vertragen, zonder rekening te houden met het wegbeeld. Staat men er
nog bij stil of het ingestelde snelheidsregime op een bepaalde weg inderdaad
een ongevalrisico inhoudt, alvorens hem in vraag te stellen? Het zou niet
de eerste keer zijn dat een zwaar verkeersongeval, ergens gebeurd ten
gevolge van een rijsnelheid ver boven de toegestane limiet, aangewend
wordt als argument om maar meteen een lagere snelheidsbeperking op te
leggen
Zolang niet aangetoond is dat een 90km/u-snelheidsregime
van een bepaalde weg een belangrijke ongevalfactor is, komt een
verlaging tot 70km/u vrij ongeloofwaardig over, zeker als effectief
gereden snelheid de 90km/u benadert. Indien men toch overgaat tot
een lager snelheidsregime, dan hoeft het niet te verbazen dat dit
weinig begrip zal kennen indien men op zo'n weg (méér)
snelheidscontroles wil voeren, daarbij tolerantiedrempels wil verlagen
— '70 per uur, en geen kilometer méér...'
— én als kers op de taart fikse(re) boetes uitschrijft
voor snelheidsovertreders. |
 |

Weg zonder bebouwing, ontwerpsnelheid 70,
toegelaten snelheid 50.
|
Gepaste en ongepaste snelheid:
waar ligt de grens?
Er bestaat een eenvoudig recept om na te gaan of een snelheidslimiet
overeenstemt met de weg en zijn omgeving: de V85 regel. Dat is de
snelheid die door 85% van de automobilisten niet wordt overschreden
op een weg met vlot verkeer in normale weersomstandigheden. Deze
regel weerspiegelt de snelheid die een ruime meerderheid van automobilisten
als redelijk en veilig beschouwt in ideale omstandigheden. Voor
zover de infrastructuur geen zichtbare of verborgen gevaren oplevert,
komt een snelheidsregime gebaseerd op de 85 percentiel snelheid
(V85) een vlotte en veilige verkeersstroom ten goede. Het verhoogt
immers de kans op uniformiteit in de gereden snelheden op die weg:
automobilisten zullen minder geneigd zijn om te bumperkleven, in
te halen of van rijstrook te veranderen, waardoor de kans op kopstaart
en kop-kop aanrijdingen vermindert. Door deze regel in te stellen
kan het handhavingsbeleid zich richten op de snelheidsfanaten.
Snelheidsbeperkingen die in de buurt liggen van wat de V85 regel
aangeeft, worden ook makkelijker aanvaard. Ze weerspiegelen het
snelheidsgedrag van de meerderheid, én geven een duidelijk
signaal aan onverbeterlijke hardrijders van wat algemeen als een
redelijke en veilige snelheid wordt beschouwd. Tevens vermindert
de publieke weerstand, tengevolge van onredelijke verkeersregels,
tegenover een politioneel handhavingsbeleid.
|
Het volstaat echter niet om enkel maar een 70 of 50km-bord te plaatsen,
en de infrastructuur verder ongemoeid te laten. Menig weggebruiker houdt
in de praktijk gewoon de snelheid aan van de verkeersstroom, en die kan
al eens hoger liggen dan wettelijk toegelaten. Of hij houdt het verkeer
rondom zich in het oog, waardoor het snelheidsbord langs de weg wel eens
aan zijn aandacht ontsnapt (laat dit geen excuus zijn om sneller te rijden,
wel een feit waar rekening mee kan gehouden worden). Tal van situaties
rechtvaardigen een weginrichting die meteen duidelijk maakt wat van de
weggebruiker verwacht wordt. Met een leesbare weginrichting kan een snelheidsbeleid
op begrip rekenen en wordt het daaraan gekoppelde handhavingsbeleid geloofwaardig.
Om te voorkomen dat het snelheidsbeleid wordt overgelaten aan de willekeur
van diverse (lokale) wegbeheerders, is een uniforme en systematische doorlichting
van het ganse wegennet op (boven-) gewestelijk niveau essentieel. Een
categorisering van het wegennet is de eerste stap, waarbij aan elke weg
een snelheidsregime wordt toegekend (50-90-120km/u is de regel, 30-70km/u
de uitzondering). De instelling van snelheidsregimes moet echter ook situatiegebonden
zijn en in samenspraak gebeuren met de lokale wegbeheerders, aangezien
zij beter dan wie ook de plaatselijke kenmerken en problemen van het wegennet
op hun grondgebied kennen. Verder moeten afwijkingen mogelijk blijven,
bv. de instelling van een gedifferentieerd snelheidsregime per weg of
indien de toepassing van de V85-regel een snelheid aangeeft die een ander
dan het gekozen snelheidsregime benadert. Zoniet moet de weg en zijn omgeving
worden (her)aangelegd, zodat het wegbeeld overeenkomt met de gewenste
snelheid.
Met de doorlichting en (her-)aanleg van wegen wordt het best begonnen
op plaatsen met hoge ongevallenconcentratie. De recente beslissing van
de Vlaamse regering om dergelijke 'zwarte' punten en zones op
gewestwegen te inventariseren en versneld aan te pakken, is alvast een
stap in de goede richting, voor zover een onderzoek naar de overeenstemming
tussen wegbeeld en snelheidsregime én de toepassing van de V85-regel
hiervan deel uitmaken. Vervolgens dient werk gemaakt van de doorlichting
van provincie- en gemeentewegen.
|